In de praktijk - Schoolmaatschappelijk werk binnen Elan
Met alle veranderingen rondom Passend Onderwijs speelt school een belangrijke rol in de toekomst van kinderen. Want dát is de plek waar ze elke dag contact hebben met andere kinderen en met meesters en juffen. Het is logisch dat op school soms ook dingen zichtbaar worden die het leven van kinderen prettiger kunnen maken. Elan Onderwijsgroep heeft in delen van haar gebied zelf een schoolmaatschappelijk werker in dienst om medewerkers hierin te ondersteunen. Maak kennis met Gerbrig van Brug, die vertelt over haar drijfveren en de rol die ze speelt in het leven van kinderen op een Elan-school.
"Kinderen noemen me 'praatjuf'.
En dat klopt precies!"
'De juf die geen juf is'
"Op de vraag wat een schoolmaatschappelijk werker eigenlijk doet antwoord ik het liefst met hoe kinderen me noemen: 'praatjuf' of 'de juf die geen juf is'. En dat klopt precies! Ik ben op school, maar bekijk leerlingen van een andere kant. Als er omstandigheden zijn die het voor kinderen moeilijk maakt om fijn te leren, speel ik een centrale rol om dat op te lossen. Soms doe je dat op school, maar soms ligt het antwoord ook thuis.
Wie is Gerbrig?
"Ik werk sinds 2000 in het schoolmaatschappelijk werk. Na mijn HBO-studie stond dit nog niet op de kaart, ik heb geholpen om dit in Friesland op te bouwen. Dit was zeker in het begin echt pionieren, waarbij de samenwerking met gemeente en het onderwijs steeds hechter werd. Voor mijn gevoel gingen de gesprekken steeds minder over kinderen en steeds meer over de randvoorwaarden. Dat voelde niet goed meer, vandaar dat ik blij ben dat ik de overstap naar een onderwijsstichting kon maken. De nadruk ligt nu op gesprekken met ouders over wat hun het meeste lief is, hun kinderen."
Zo was er een leerling die per sé niet naar school wilde. Toen ik vroeg 'waarom?' bleek dat het er niet aan lag dat de leerling niet op school wilde zijn. Het was meer dat het kind niet thuis wegwilde. Zie je dat in deze oorzaak ook de richting ligt waar je de oplossing moet zoeken? In dit geval hebben we een open gesprek gehad met de ouders en met andere zorgverleners, met als resultaat dat we nu een leerling hebben die weer graag naar school komt. Hoe? Onder andere doordat er ondersteuning is rondom de oorzaak waarom de leerling niet van huis weg wilde."
Balans zoeken
"Als schoolmaatschappelijk werker zorg je ervoor dat degene die het kind kunnen helpen op de hoogte zijn van wat ze nodig hebben om dat te doen. En dat moet je soms niet te zwaar aanzetten, als een gesprekje al verandering kan brengen. Als een kind op maandag ander gedrag vertoont, ben ik benieuwd hoe het weekend is geweest. En vraag ik dat dus gewoon aan ze, zodat ik kan uitvinden hoe we als school het beste kunnen helpen.
"Ik heb altijd in mijn achterhoofd gehouden dat een tijdje meelopen met een gezin zorgt dat je meer inzicht krijgt in wat er echt speelt."
Dat is trouwens wel een verschil met hoe ik dit in sommige situaties terugzag. Daar werd soms snel de route naar psychologische hulp bewandeld, simpelweg vanwege te weinig tijd om echt goed te zoeken naar de oorzaak. Zo was er een leerling met problematiek rond faalangst. Één gesprekje was voldoende om bij de leerling het kwartje te laten vallen. Dat heb ik altijd in mijn achterhoofd gehouden: Een tijdje meelopen zorgt dat je meer inzicht krijgt in wat er echt speelt. En dan ga je er ook vooraf voor zorgen dat de uitdaging voor het kind niet groter wordt. Als er toch specialistische hulp nodig is, dan moet je gewoon zorgen dat kinderen die tijdig krijgen. Dat is de balans die je zoekt."
Open gesprek met ouders en leerling
"Soms zijn er vragen bij leerkrachten over hoe kinderen opgroeien. Hierover moet je het kunnen hebben met kinderen en ouders. En daar waar kinderen zorgen hebben, laten ze die niet thuis als ze op school zitten. Die zorgen zitten in hun hoofd en dan gaat leren vaak ook lastiger. Dan is het belangrijk om zonder oordeel een gesprek met ouders te hebben. Ik probeer dat altijd te doen op basis van wat ik zie bij het kind en ouders te vragen dat of ze dit herkennen. Als je merkt dat er bij hen ook zorgen zijn kun je veel beter samenwerken, ook met de hulpverleners die een gezin verder ondersteunen.
Er is vaak sprake van veel wisseling in de hulpverleners die een gezin ondersteunen. Daardoor is een open gesprek soms lastig. Aan de andere kant wil ik kinderen meegeven dat als het moeilijk gaat in het leven, ze dat niet alleen hoeven op te lossen. Dan gaat je ondersteuning verder dan alleen de basisschooltijd. Aan ouders geef ik het vertrouwen dat alles wat gedeeld wordt binnen de school eerst met hen besproken is. Sowieso moet ik voldoen aan beroepscodes, dat borgt ook al een stuk vertrouwelijkheid. Niet alles heeft namelijk direct te maken met de leerontwikkeling. Ik maak dus vooraf duidelijk wat ouders mogen verwachten."
Landelijke ontwikkeling
Op 12 maart publiceerde ons collega-bestuur Verus een artikel op de eigen website, over een proef in de gemeente Amsterdam. De strekking van het experiment is dat gemeenten de arbeidstijd voor onder andere schoolmaatschappelijk werk financieren, maar door het onderwijs laten invullen. De gedachte hierachter is dat binnen scholen sneller ingeschat wordt wat nodig is om een leerling te helpen. Door direct hulp te bieden worden kinderen en gezinnen eerder ondersteund, wat problemen achteraf voorkomt. In de praktijk blijkt dat deze werkwijze de druk op de jeugdzorg verlicht en middelen effectiever besteed worden. Elan Onderwijsgroep ziet dit effect ook bij de scholen waar eigen maatschappelijk werkers ondersteuning verlenen.
Zonder oordeel
"Door te beginnen bij het kind kun je zeker dingen in beweging zetten. Ik kijk vanuit een andere invalshoek naar de situatie dan een leerkracht, waardoor je de uitdaging én de oplossing beter in beeld krijgt. Maar door met ouders én kinderen te praten kun je eerder de juiste ondersteuning bieden. Leerkrachten zorgen voor een vertrouwde omgeving, waarin kinderen zich veilig voelen om te vertellen. Ik ben trots op collega's die de sfeer in hun klas zo neerzetten dat kinderen hun verhaal durven te delen.
"Het welzijn van een kind is een gedeeld belang.
En dat is waar het allemaal om draait."
Op gegeven moment maakten we een situatie mee dat een leerling een heftig verhaal vertelde op school. De leerkracht heeft samen met mij een prachtig, open gesprek met de ouders gevoerd. Hierdoor kon de openheid tussen de leerling en ouders omgezet worden in de juiste begeleiding. Er was geen sprake van een oordeel, eerder van duidelijkheid over de stappen die gezet moesten worden. Natuurlijk was er vooraf spanning, maar we hadden een gedeeld belang – het welzijn van het kind. En dat is uiteindelijk waar het voor ons allemaal om draait."
Waarom heeft Elan Onderwijsgroep gekozen om zelf schoolmaatschappelijk werk aan te bieden?
Mark Vrolijk, bestuurder van Elan Onderwijsgroep licht toe: "Op veel scholen wordt schoolmaatschappelijk werk aangeboden. Dat gebeurt vaak via de gebiedsteams die namens de gemeente met scholen samenwerken. In de gemeente Leeuwarden is dit alleen op een andere manier ingevuld, waardoor die ondersteuning voor een aantal scholen verviel. Omdat dit in de praktijk zorgde voor een leemte, hebben wij gekozen om hier zelf een regeling voor te treffen. Maar deze ontwikkeling zien we sinds een jaar nog breder.
Zo is Gerbrig onderdeel van een multidisciplinair team die met de scholen samenwerken. Denk hierbij aan specialisten op het gebied van leren en gedrag of rekenen en taal. Maar in het team zitten ook een orthopedagoog en stafmedewerkers Zorg & Begeleiding. En waar nodig huren we extern expertise in. We doen dit vanuit het doel om preventief zorg te kunnen bieden aan kinderen die dit nodig hebben. Waar extra ondersteuning nodig is wordt - in nauwe samenwerking met bijvoorbeeld gebiedsteams - binnen de stichting gekeken hoe die geboden kan worden. Dit gaat verder dan alleen maar de leerresultaten.
Het kind staat centraal en de hulpvraag komt eerder in beeld. We zien als bestuur een positieve invloed op leerlingen als ondersteuning met deze werkwijze eerder gegeven kan worden."